Er is nog geen akkoord bereikt, ondanks het aanschuiven van premier Rutte aan de onderhandelingstafel.
Nederland heeft een van de beste pensioenstelsels van de wereld. We hebben de AOW als basispensioen en sparen via de werkgever voor aanvullend pensioen. Maar er is veel veranderd sinds dit stelsel begon. De stijgende levensverwachting maakt pensioen steeds duurder. Ook zijn er meer regels rond financieel toezicht en worden de beleggingsrisico’s en renterisico’s groter. Mensen werken bovendien niet meer hun hele carrière bij één werkgever en er zijn steeds meer zzp’ers. Intussen staan veel pensioenfondsen er niet heel goed voor. Veel mensen zullen komende jaren te maken krijgen met pensioenverlagingen of het uitblijven van indexatie. Het nieuwe pensioenakkoord moet het antwoord zijn op al deze ontwikkelingen.
Waar hangt het nu nog op?
De overheid, werkgevers- en werknemersorganisaties overleggen nu al jaren hierover. Het was de bedoeling om in 2018 tot een akkoord te komen. Voor de AOW is er al een plan. De ingangsdatum stijgt langzaam naar 67 jaar en wordt daarna steeds aangepast aan de actuele levensverwachting. Voor het aanvullende pensioen zijn de sociale partners het nog niet eens.
Na jaren van overleg en onderzoek heeft ook premier Rutte afgelopen tijd aan de onderhandelingstafel gezeten. Eigenlijk waren de partijen het al grotendeels eens geworden. Er ligt een ontwerp voor een pensioensysteem met een betere kans op indexatie, waarbij pensioenkortingen zoveel mogelijk worden voorkomen. Het akkoord was ook gericht op het faciliteren van gezond doorwerken tot aan het pensioen en maatwerk om eerder te kunnen stoppen met werken indien nodig (bijvoorbeeld voor zware beroepen). In november leek het er zelfs even op dat het rond was.
Het akkoord bleef in november vooral steken op de AOW-leeftijd. Werknemersvakbond FNV wil die minder snel laten stijgen en betrekt dat bij de onderhandelingen. De overheid is slechts gedeeltelijk bereid daaraan toe te geven, omdat het veel extra overheidsuitgaven zou betekenen. Daarnaast is FNV ontevreden over de afspraken voor zware beroepen en het niet doorgaan van verplichte pensioenopbouw voor zzp’ers. Na het mislukken van het akkoord zijn de verhoudingen op scherp komen te staan.
Tijd nodig voor invoering
Nadat het akkoord is gesloten moet het eerst vastgelegd worden in wetgeving. Pas daarna kunnen de pensioenfondsen starten met de implementatie. Daar gaat zeker twee jaar overheen. Pensioenfonds Yara volgt alle ontwikkelingen met belangstelling, maar voorlopig kunnen we er nog lang niet concreet mee aan de slag.