Het nieuwe kabinet wil het pensioenstelsel vernieuwen voor 2020. In de loop van 2018 moet op hoofdlijnen overeenstemming zijn bereikt, zodat daarna kan worden begonnen met het maken van wetgeving. Dat staat te lezen in het regeerakkoord.
Individueel en toch samen
Er moeten individuele spaarpotten komen in plaats van het huidige systeem waarbij gespaard wordt in een gemeenschappelijke pot waaruit iedereen zijn pensioen krijgt uitgekeerd. Mensen blijven via gezamenlijke buffers en verzekeringen wel samen risico’s delen. Pensioen blijft een levenslange uitkering, waardoor je niet het risico loopt dat er geen geld meer over is als je langer leeft dan verwacht. Er komt ook een adequate dekking voor het nabestaandenpensioen en arbeidsongeschiktheidspensioen. Verder wil het kabinet meer ruimte bieden voor keuzevrijheid en ZZP’ers moeten zich vrijwillig kunnen aansluiten bij een pensioenfonds.
Gelijke inleg voor iedereen
Voor alle leeftijden wordt in het nieuwe stelsel jaarlijks dezelfde premie ingelegd. De deelnemers krijgen een pensioenopbouw die past bij de ingelegde premie en hun leeftijd. Een oudere werknemer bouwt daardoor per jaar minder pensioen op dan een jongere. In het huidige stelsel is dat anders. De ingelegde pensioenpremie stijgt mee met je leeftijd, zodat de opbouw per jaar voor iedereen hetzelfde is. Daardoor is de arbeidsvoorwaarde ‘pensioen’ voor ouderen duurder dan voor jongeren.
In 2020 start de pensioenwereld met de invoering
De sociale partners moeten de plannen gaan vormgeven. Dat betekent dat de overheid, werkgevers- en werknemersorganisaties hierover gaan overleggen. Het kabinet wil in 2018 de hoofdlijnen af hebben en dan verdergaan met het maken van de wetgeving. Uitgangspunt is dat in 2020 het wetgevingsproces is afgerond zodat daarna de implementatieperiode kan starten.
Pensioenfonds Yara volgt alle ontwikkelingen met belangstelling en houdt bij belangrijke beslissingen waar nodig alvast rekening met de komst van het nieuwe stelsel, maar voorlopig kunnen we er nog niet concreet mee aan de slag.